‘Signal wint terrein, maar WhatsApp blijft dominant’
De berichtenapp Signal wordt steeds populairder in Nederland. Uit onderzoek van EenVandaag onder meer dan 23.000 leden van het Opiniepanel blijkt dat 35 procent van de deelnemers Signal heeft gedownload. Toch blijft WhatsApp bij vrijwel iedereen in gebruik. Slechts 1 procent zegt uitsluitend via Signal te communiceren.
Twee apps, twee werelden
Mensen die zowel Signal als WhatsApp gebruiken, voelen zich vaak verdeeld tussen de twee platforms. Eén panellid verwoordt het zo: “Ik wil heel graag stoppen met WhatsApp, maar merk hoe afhankelijk ik en mijn omgeving ervan zijn. Steeds wisselen tussen apps is onhandig.”
Vooral jongeren (18-24 jaar) en theoretisch opgeleiden gebruiken Signal relatief vaak. Van deze laatste groep heeft 47 procent Signal op hun telefoon, al blijft dat in 99 procent van de gevallen naast WhatsApp.
WhatsApp blijft favoriet onder praktisch opgeleiden
Onder praktisch opgeleiden is de overstap minder populair: slechts 21 procent heeft Signal geïnstalleerd, terwijl 70 procent uitsluitend WhatsApp gebruikt. Voor velen is de discussie over privacy en alternatieven weinig relevant of moeilijk te volgen. Bovendien blijkt de overstap geen onderwerp van gesprek in hun sociale kring.
‘Ze weten toch al alles van me’
Sonja Wijker-Cornelissen (68) maakte in 2021 de overstap naar Signal na een discussie met haar zoon over de nieuwe privacyvoorwaarden van WhatsApp. “Ik klikte per ongeluk op ‘ja’ zonder te lezen wat ik goedkeurde.” Sindsdien probeert ze bewust minder afhankelijk te zijn van grote techbedrijven en mijdt ze ook platforms als Facebook en Instagram. Toch gebruikt ze WhatsApp nog steeds, omdat de meeste mensen in haar omgeving niet mee willen: “Ze zeggen vaak: ‘Signal, wat is dat?’ of ‘Ze weten toch al alles van me.’ Een nieuwe app voelt voor velen als gedoe.”