Autoriteit Persoonsgegevens pleit voor preventieve aanpak van deurbelcamera’s

Autoriteit Persoonsgegevens pleit voor preventieve aanpak van deurbelcamera’s
De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) is van mening dat er een meer proactieve benadering nodig is bij het gebruik en de regulering van deurbelcamera’s. In plaats van te wachten tot overtredingen plaatsvinden, moet er al in een vroeg stadium worden nagedacht over hoe dergelijke camera’s kunnen worden ingezet zonder de privacy van omwonenden te schenden.
De AP wijst erop dat deurbelcamera’s vaak in openbare ruimtes gericht zijn, waarbij beelden van voorbijgangers worden vastgelegd. Dat kan leiden tot een inbreuk op hun privacy, zeker als het gaat om herkenbare beelden. De toezichthouder benadrukt dat organisaties en particulieren zich al bij de aanschaf en installatie moeten realiseren dat regels gelden rondom het maken van opnames, het bewaren van beelden en het verstrekken daarvan.
De oplossing ligt volgens de AP in preventieve maatregelen: vooraf nadenken over de noodzaak, de proportie en de beveiliging van de beelden. Ook moet helder zijn wie verantwoordelijk is voor de camerabeelden en wie toegang heeft. De Autoriteit Persoonsgegevens roept producenten en leveranciers op om privacyvriendelijke technologieën te ontwikkelen — bijvoorbeeld met automatische vervaging van gezichten of het instellen van afgebakende opnamegebieden.
Kortom: beter voorkómen dan achteraf handhaven, zodat deurbelcamera’s in balans zijn tussen veiligheid en privacy.